Een aardbei plant voor aardbeien

Een aardbei plant voor aardbeien

We lusten ze allemaal eigenlijk wel, ze zogenaamde zomerkoningen, oftewel aardbeien. Prachtige rode zachte vruchtjes met een heerlijke zoete smaak. Zeker als ze goed gerijpt zijn!

We eten ze heerlijk puur of soms door de yoghurt of een taart. Maar we maken er ook ijs of jam van en ze werken ook prima als smaakmaker in een kan water samen met een takje munt en wat bosbessen.

Jong en oud zijn dol op deze lekkernij en in de zomer zijn de aardbeien dan ook niet aan te slepen. We kopen ze in de supermarkt, bij de kweker of op de markt, en soms verbouwen we ze ook zelf! Dit kan gelukkig heel gemakkelijk en het fijne is dat u er ook niet veel ruimte voor nodig heeft!

Daarnaast groeien aardbeien ook nog eens vrij snel, dus kunt u al na korte tijd heerlijk genieten van deze heerlijke zoete vruchten!

Maar hoe werkt dat hele proces van de aardbei nu, hoe gaat het van plantje tot vrucht. En hoe kunnen we de aardbei gemakkelijk in onze eigen tuin verbouwen. Wij gaan voor u op onderzoek uit en nemen u mee in de wereld van de aardbei plant!

Hoe het ooit allemaal begon

De aardbei bestaat al een hele lange tijd maar niet altijd op de manier zoals we hem nu kennen. Het begon namelijk met twee vrij onbekende aardbei soorten die uiteindelijk als kruising geteeld werden en zorgen voor een heerlijke zoete aardbei zoals we hem vandaag de dag kennen!

Ook hebben we meteen een leuk weetje over de aardbei wist u namelijk dat het eigenlijk een schijnvrucht is. De echte vrucht zijn namelijk de zaadjes (pitjes) die u op de buitenkant van de aardbei ziet, dit is eigenlijk helemaal niet bekend en veel mensen weten dit dan ook niet.

De eerste aardbeien waren ook enorm zuur en tegenwoordig zoudFtuinen we deze ook echt niet lekker vinden. De aardbei die we vandaag de dag kennen wordt ook wel de fruitaardbei genoemd en deze is lekker zoet en goed te eten en daarom houden we er vandaag de dag ook zoveel van.

Van zaadje tot plantje

Zoals we eerder al aangaven zitten er op de buitenkant van de aardbei allemaal pitjes, de zogenoemde zaadjes. In theorie zou u deze van de aardbei af kunnen plukken en in de grond kunnen stoppen en dan zouden deze uit kunnen groeien tot een aardbeiplant. In de praktijk gebeurt dit vaak echter anders, meestal worden dan de uitlopers van de aardbeienplanten opgekweekt tot nieuwe planten.

Als we gaan beginnen met het zaaien van de zaadjes voor de aardbeienplantjes dan is ten eerste het moment van zaaien heel belangrijk. De aardbeienzaadjes kunnen namelijk het beste in een koude periode gezaaid worden zodat ze kunnen ontkiemen.

Nu kunt u deze koude periode buiten opzoeken maar u kunt hem ook heel gemakkelijk nabootsen. Doe de aardbei zaadjes namelijk tussen vochtig keukenpapier, vouw het papier daarna voorzichtig dubbel en stop het in een plastic bakje of een zakje en laat het vervolgens rusten in de koelkast.

Dit hele proces duurt een aardig lange tijd namelijk twee maanden. Daarna zullen de zaadjes goed en sterk genoeg ontwikkeld zijn om ze in wat aarde te stoppen en verder te laten ontkiemen.
Dit gaat als volgt in zijn werk. Men neemt een bakje en prikt in de onderkant van het bakje wat gaatjes in de bodem. Vervolgens vult u het bakje met grond, dit kan stekgrond zijn maar normale potgrond volstaat meestal ook prima om de klus te klaren!

Wat wel heel belangrijk is dat het bakje afgesloten kan worden met een doorzichtige deksel, aardbeien zoeken namelijk het zonlicht op om te ontkiemen, het zijn zogenaamde lichtkiemers. Ze hebben dus licht nodig om goed tot ontkieming te komen. U kunt ook een stukje plasticfolie over het bakje spannen dit heeft namelijk hetzelfde effect als een plastic deksel.

Daarna gaat u de zaadjes in het bakje leggen, dit doet u als volgt. U legt de zaadjes op de aarde in het bakje en sprayt er een klein beetje water overheen, vervolgens doet u de deksel weer op het bakje. Nu zult u denken op de grond en niet in de grond, maar dit klopt toch echt! Als de aardbeienzaadjes namelijk onder de aarde liggen zullen ze minder licht vangen en dus ook niet snel tot ontkieming komen. Als ze op de aarde liggen vangen ze optimaal licht en dat is nu precies de bedoeling!

Zet het bakje vervolgens op een warme en lichte plek. Een vensterbank is bijvoorbeeld echt ideaal. Zo vangen de zaadjes veel zon en zal de temperatuur ook goed zijn. De ideale temperatuur voor de zaadjes ligt namelijk tussen de 18 en 20 graden. Op deze manier zullen de zaadjes het beste tot hun recht komen en zijn ze ongeveer binnen een week ontkiemd.

Daarna zet u het bakje het liefste in een kleine kweekkas met het deksel eraf. Op deze manier is de luchtvochtigheid hoog en hier gedijen de jonge plantjes goed bij. Dit hele proces zal vervolgens ongeveer een maand lang duren daarna zijn de jonge aardbeiplantjes groot genoeg om de kweekkas te verlaten.

Nu is het zaak om de plantjes uit elkaar te halen en los van elkaar in potjes te planten. Het zal nu waarschijnlijk een wirwar van plantjes en blaadjes zijn in het bakje. De aardbeiplantjes groeien namelijk heel dicht op elkaar. Voor de beginperiode was dit prima maar nu ze groter gaan groeien is het beter om ze los van elkaar in een potje te planten zodat ze de ruimte hebben en voldoende voeding tot zich kunnen nemen.

Het planten in een potje gaat op de volgende manier in zijn werk. Haal de aardbeien plantjes dus eerst voorzichtig los van elkaar en uit de aarde van het bakje, het is daarbij wel heel belangrijk dat u goed oplet dat er nog een kluitje met wortels aan het plantje zit! Dit hebben ze namelijk echt nodig om te kunnen wortelen en groeien.
Vervolgens maakt u een kuiltje in een potje, legt u het jonge plantje erin en dekt u het kluitje toe zodat het plantje boven de aarde uitsteekt maar wel stevig vast staat. Als dit is gebeurd dan geeft u het jonge aardbeiplantje wat water en op deze manier krijgt het een hele goede start!

Zet nu het potje met jonge aardbeiplantje opnieuw op een droog en warm plekje, als u bijvoorbeeld de kweekkast nog tot uw beschikking heeft is dit een prima oplossing. En kan het plantje hierin goed verder groeien.
In de kweekkast krijgen de kleine plantjes de ruimte om verder te groeien en dan na een tijdje is het zover, de plantjes kunnen de kweekkast uit en overgeplant worden in de grond buiten. Let hierbij wel op dat u de plantjes op een plekje zet waar ze nog wel enige schaduw vangen. De felle zon is namelijk iets te veel voor de jonge plantjes en kan ze beschadigen. Als tussen oplossing kunt u er ook een vliesdoek overheen hangen, dit zal de plantjes ook veel bescherming bieden. Het is echter niet verstandig om de plantjes helemaal in de schaduw te plaatsen want ze hebben namelijk wel zon nodig om te groeien en bloeien.

Niet alleen met zon dient u voorzichtig te zijn voor de jonge plantjes maar ook de vorst kan de jonge plantjes nog flink wat schade doen. Bescherm ze daarom ook tijdens de koudere nachten met vorst, dit kunt u het beste doen door ze eventueel binnen te zetten of in een tuinhuis of door een vliesdoek over ze heen te leggen zodat ze op deze manier iets meer warmte vast kunnen houden.

In de grond of in een pot

De aardbeiplantjes kunnen zowel in de grond als in een pot geplant worden. In de grond zijn er een aantal zaken waar u rekening mee moet houden. Zo dient u de grond goed nat te houden en eventueel wat verrijking aan de grond toe te voegen, dit kan bijvoorbeeld in de vorm van mest of in de vorm van korrels. Beide zorgen voor voldoende voeding voor de grond.

Verder dient u bij het planten van de aardbeien in de grond rekening te houden met de zon die op de plek schijnt. De plantjes dienen namelijk niet in de volle zon geplant te worden, het beste is dus om ze op een plek te planten waar ze zowel zon als schaduw kunnen vangen. Ook met vorst in de grond moet u goed opletten. Hier kunnen de jonge plantjes nog niet zo goed tegen. Het is dus raadzaam om ze bij vorst aan de grond toe te dekken met een vliesdoek.

Naast het planten van de aardbeiplantjes in de grond, kunt u de plantjes ook in een pot planten. Hier hebben ze vaak wat minder ruimte, dus het is wel handig om dan 1 plantje per pot te planten afhankelijk van de grootte van de pot. In een groter formaat pot kunnen uiteraard wel meerdere plantjes. Ook hierbij is het voldoende om de grond goed nat te houden en om eventueel wat verrijking in de vorm van mest of korrels toe te voegen. En bij vorst is het uiteraard erg makkelijk om de potten naar een plek binnenshuis te verplaatsen.

Van plant tot oogst

En uiteindelijk is het dan zover, het wachten wordt beloond. De plantjes zijn uitgegroeid tot mooi volwassen aardbeien plantjes en er zitten bloemetjes aan de planten. Deze zullen uitgroeien tot aardbeien die u vervolgens kunt oogsten.

En uiteindelijk is het dan inderdaad zover, het begint met kleine groene aardbeitjes die langzaamaan steeds roder worden en uitgroeien tot mooie volwassen aardbeien. De groene aardbeien zijn uiteraard nog niet goed rijp, maar de rode aardbeien zijn er vaak klaar voor om geplukt te worden. Ze zullen dan helemaal rijp zijn en heerlijk zoet van smaak.
Als u de aardbeien te vroeg oogst zullen ze echter niet zoet zijn en kunnen ze zelfs een beetje bitter smaken. Daarom is het heel goed om ervoor te zorgen dat u de aardbeien precies op tijd plukt.

U kunt dan eindelijk heerlijk genieten van zelfgeplukte aardbeien uit eigen tuin! Heerlijk zoet en vol van smaak, ze zullen heerlijk en puur smaken. Een smaak die niet te evenaren is. U kunt ze heerlijk puur eten of verwerken in gerechten. Daarnaast is het ook nog eens heel erg leuk om de aardbeien weg te geven aan vrienden, familie of buren. Het is een leuk cadeautje en bij een grote oogst is er vaak ruim genoeg om de mensen om u heen mee te laten genieten. Dit zal gegarandeerd voor een lach op hen gezicht zorgen.

We hebben nu het hele proces bekeken van zaadje tot aardbei en weer terug. Het is prachtig om te zien hoe de natuur deze cyclus bedacht heeft en hoe alles goed met elkaar werkt! Precies zoals de natuur het bedoeld heeft!